Gebreide stof is een materiaal gemaakt van in elkaar grijpende lussen garen. Het kan machinaal of met de hand worden geproduceerd en wordt vaak gebruikt om kleding te maken. Gebreide stoffen hebben unieke eigenschappen die verschillen van geweven stoffen, die gemaakt worden met weefgetouwen in plaats van met naalden.

Bij het breien van greige worden verschillende gespecialiseerde machines gebruikt om de gewenste textuur en het gewenste patroon in de stof te creëren. Eerst wordt een grote rol garen in een elektronisch apparaat gevoerd dat een schering wordt genoemd en dat de draden voorbereidt om samen te weven tot twee strengen die 'kettinguiteinden' worden genoemd. Deze scheringuiteinden worden vervolgens in metalen draden op het weefgetouw gevoerd, waar ze een in elkaar grijpend web vormen dat de "vulling" of "gebreide grond" wordt genoemd en dat de basislaag van de gebreide stof vormt. Zodra deze laag voltooid is, kunnen extra lagen bestaande uit verschillende kleuren worden toegevoegd totdat het gewenste ontwerp is bereikt. Ten slotte worden de lagen op verschillende punten langs de lengte met elkaar verbonden door steken, de zogenaamde zelfkanten, en vervolgens in elkaar gesneden om een ​​eindproduct te produceren, klaar voor verdere verwerking, zoals verven of bedrukken indien nodig.

Het verschil tussen geweven en gebreide stoffen zit vooral in de manier waarop ze zijn gemaakt. Geweven stoffen bestaan ​​uit groepen verticale draden die met elkaar verweven zijn, terwijl gebreide stoffen individuele lussen bevatten die verticaal naar de andere kant aansluiten (zogenaamde "koussteken"). Dit betekent dat er meestal minder details zijn in vergelijking met geweven patronen, omdat er geen behoefte is aan een complex weefsel zoals bij een wandtapijt of quilt. In plaats daarvan overlappen de steken elkaar gewoon, waardoor ze stevigere blokken vormen, in plaats van dat ze de textuur hebben van een traditioneel patroon. Een textiel gesponnen met een ingewikkeld patroon van veel kleine details.